Danté Walen De Keyser verbleef in een gastgezin: “Ik zag mijn trainer meer dan mijn familie”

Kevin De Bruyne, Jan Vertonghen, Toby Alderweireld. Stuk voor stuk zijn het geweldige voetballers die elke week het beste van zichzelf geven in de Engelse Premier League. Maar dat is niet het enige wat deze topvoetballers met elkaar verbindt. Elk hebben ze tijdens hun opleiding de keuze gemaakt om hun familie te verlaten en onderdak te zoeken bij een gastgezin in teken van hun absolute droom: profvoetballer worden.

Ook Danté Walen De Keyser (22) maakte deze opoffering. De huidige spits van Heist speelde tijdens zijn opleiding enkele jaren voor KAA Gent en verbleef daarbij in een gastgezin. “Maar ik zou het zo terug doen”, zegt Walen De Keyser.

INTERNAAT

Er zijn heel veel getalenteerde jonge voetballers, maar slechts weinigen maken de overstap naar een topclub. Reden daarvoor is vaak de afstand. Dit was ook het geval bij de jonge Danté Walen De Keyser. Toen hij in 2013 als speler van Beerschot de aanbieding kreeg om bij KAA Gent te gaan voetballen werd de afstand direct een moeilijk punt. “Ik heb er zeker over nagedacht om te pendelen, maar de club adviseerde mij om dat niet te doen en naar school in Gent te gaan. Anders werd het heel moeilijk.”

“Dan moest ik na de trainingen om acht, negen uur ’s avonds nog de trein nemen naar Antwerpen en om zes uur ’s ochtends terug vertrekken om naar school te gaan. Je kan dat doen, maar dat ging heel erg zwaar zijn”, zegt Walen De Keyser. Omdat pendelen vaak uitgesloten is, wordt dikwijls een tweede optie aanbevolen door de clubs: op internaat gaan. “Ik heb anderhalf jaar op internaat gezeten”, gaat Walen De Keyser verder.

“Maar ik voelde me daar niet echt goed. Ik zat op een internaat genaamd Questopia, een topsportinternaat. Maar daar waren enorm veel regels en ik was daar niet echt gelukkig. Mijn schoolresultaten begonnen er ook onder te lijden en dan heeft de club voorgesteld om via een gastgezin verder te gaan.”

PROCEDURE

De procedure voor je in een gastgezin terechtkomt is vaak heel erg simpel. De pleeggezinnen kunnen zichzelf kandidaat stellen op de site van KAA Gent zelf om enkele jonge spelers op te vangen. Daarna neemt de club contact met hen op om te kijken of het wel een stabiel, goed gezin is.

Wanneer dat het geval is, vindt er een ontmoeting plaats tussen de speler en het gezin. Het binnenhalen van een speler gebeurt uiteraard niet voor niets. Financieel krijgt het gezin een compensatie van de club voor het werk dat erin kruipt, het eten, vervoer en natuurlijk het sociale aspect. Daarnaast is er elke maand een evaluatie waarbij de vraag wordt gesteld of de speler wel op zijn plaats zit bij het gastgezin.

‘Ik zag mijn trainer meer dan mijn familie. Dat is aanpassen’

Die procedure werd ook bij Walen De Keyser toegepast: “Ik was blij dat ik deze mensen op voorhand kon zien. En de keuze lag geheel bij mij. Moest ik geen goed gevoel over houden aan deze ontmoeting, dan had de club een ander gezin voor mij gezocht. Maar Geert en Nathalie leken mij vriendelijke mensen, dus besloot ik bij hen te verblijven.”

ANTWERPSE MENTALITEIT

De eerste weken zijn vaak onwennig. Je komt als jonge voetballer in een nieuwe omgeving terecht met nieuwe mensen om je heen. “Voor mezelf was dat toch wat aanpassen. Ik heb het geluk dat ik mij snel ergens thuis voel. Een beetje die Antwerpse mentaliteit zal ik maar zeggen. Jezelf openstellen, daar had ik het eigenlijk niet echt moeilijk mee.”

“Het is natuurlijk wel even aanpassen want je komt nog altijd wel in een vreemd gezin terecht. Maar na twee à drie weken ging het wel. Die mensen deden ook enorm hard hun best om mij welkom te heten dus daar heb ik wel geluk mee gehad”, zegt Walen De Keyser.

BENJAMIN

“Ik kwam in een gezin van vier terecht waar nog twee kinderen rondliepen. Zij hadden een dochter Annabelle en ook een zoontje Benjamin van tien of elf jaar. Benjamin speelde zelf ook bij de jeugd van KAA Gent. Met hem kwam ik ondanks het grote leeftijdsverschil – ik was zeven jaar ouder dan hem – goed overeen. Echt voetballen deden we weinig met elkaar. Ik trainde vijf keer per week, hij drie.”

“We speelden vaker samen op de PlayStation. Voornamelijk FIFA, om toch wat in die voetbalsfeer te blijven. Met Geert, de vader, kwam ik wat minder in contact omdat hij veel moest werken. En dan had je nog Nathalie, de moeder, daar had ik wel een betere band mee. Zij was echt een mamaatje, ze zette ons ook af op de trainingen.”

SCHOOL IN EEN SCHOOL

Het is een verhaal dat vaker terugkomt. Jonge topvoetballers worden door de club ondergebracht in een topsportschool. Zo ook bij Walen De Keyser: “Ik ging naar het Atheneum Voskenslaan in Gent, dat is de topsportschool daar. Dat betekende dat wij om acht uur ’s morgens aanwezig moesten zijn en dan training hadden van half negen tot half elf. Daarna was het zoals een normale schooldag eigenlijk. Dan hadden we les van elf uur tot 20 na drie.”

“Dat was vier uurtjes les, dus al bij al viel dat goed mee. Het was eigenlijk een soort school in een school. Op het Atheneum zaten ook “normale” studenten die wel van half negen naar de les moesten. Maar wij moesten trainen, dus kwamen wij daar pas rond elf uur toe terwijl iedereen dan al enkele uren les achter de rug had.”

FAMILIEGEMIS

Het grootste obstakel waar de spelers mee te kampen krijgen bevindt zich niet op het veld, maar ernaast. Om hun absolute droom waar te maken, moet er in veel gevallen het land overgestoken worden.

‘Ik ben in Gent de persoon geworden die ik nu ben’

Omdat niet elke familie de opoffering kan maken om te verhuizen in het teken van de voetbalcarrière, moeten de voetballers vaak hun familie achterlaten. “Die periode heb ik mijn trainer en mijn gastgezin meer gezien dan mijn eigen familie. In het weekend en tijdens de vakanties ging ik wel naar huis, daar kon je nog wel energie uit halen.”

“Dat is aanpassen natuurlijk. Maar oké, je deed het niet voor niets natuurlijk. Je doet het met het idee om vroeg of laat door te breken bij het eerste elftal”, zegt Walen De Keyser.

GEGROEID ALS MENS

Doorbreken bij KAA Gent zat er niet in voor Walen De Keyser. Maar spijt heeft de spits achteraf niet. Op de vraag of hij het opnieuw zou doen, heeft hij geen twijfels: “Voor mij was het een goede ervaring, dus ik denk wel dat ik het opnieuw zou doen. Als er iets voor nodig is om de top te bereiken dan kan een gastgezin daar zeker in helpen. Zo kan je je volledig op het voetbal focussen.”

“Maar ook op persoonlijk vlak helpt een gastgezin echt. Ik ben in Gent de persoon geworden die ik nu ben. Je leert zelfstandig worden, je leert hoe het leven eigenlijk echt in elkaar zit. Ik had eerst veel vrienden op school. Maar wanneer je dan ineens naar de andere kant van België moet, zie je pas degenen op wie je echt kan rekenen. Ik denk dat mijn gastgezin mij in dat opzicht zowel op het veld als naast het veld positief heeft veranderd als persoon.”

Tekst: © Jens Jacobs
Foto’s: © Danté Walen De Keyser

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Maak een website of blog op WordPress.com

Omhoog ↑

%d bloggers liken dit: